Categorieën
Schoonheidsvlekken

Dag van het toerisme

Op het kalenderblaadje van heden 27 september lees ik dat het “De dag van het toerisme is”. Opmerkelijk net nu dat een firma als TC overkop is gegaan en duizenden toeristen ergens vastzitten. Niet in de gevangenis natuurlijk, maar wel in een te warm hotel, waar de kamer al opgeruimd is, waar de valiezen al in de bagageruimte staan.

Evenzeer lijkt het onmogelijk om op reis te vertrekken en van hetzelfde laken een broek is het feit dat een aantal reisbureaus hun personeel overwerkt is.

Ik durf niet denken dat sommige klimaatbeheerders een zeker welbehagen scheppen in deze toestand.

Maar ik wil nu even terugdenken hoe men vroeger op reis ging of aan toerisme deed. Met vroeger zal ik niet al te veel jaren teruggaan. Ik ga het enkel hebben over de periode van mijn grootvader en over de periode van mijn vader.

In 1954 kende mijn vader zijn aanstaande vrouw al verscheidene jaren en hij vond het dan ook gepast om met haar een reisje te doen. Omdat hij zelf geen auto had en op goede voet stond met zijn werkgever, kreeg hij permissie om diens auto te gebruiken. Mijn vader sprak van een luxevoiture. Vandaar waarschijnlijk dat er later in het handboek van dictie sprake was “van Tuur met zijn luxevoituur.” Deze zin moest er voor zorgen dat al de leerlingen duidelijk de lange u zouden uitspreken. Maar mijn vader mocht die auto gebruiken en de toeristische uitstap begon van Wijnegem naar Wommelgem en zo verder naar Antwerpen en zo altijd maar verder langs Vlaamse wegen en Waalse wegen en langs Luxemburgse wegen tot in Echternach. Daar zijn mijn toekomstige ouders dan frieten gaan eten en dan zijn ze terug naar huis gereden, het was zo’n 284 km. Enfin dat is een raming, want het is nu langs de autosnelwegen 284 km en die waren er toen niet.

Ik weet niet in welk jaar mijn grootvader het idee had om op reis te gaan naar Lourdes in Frankrijk.

Ik weet wel dat dit gebeurde met een autobus en dat op die autobus een bord was aangebracht dat aan iedereen moest duidelijk maken hoe de reisroute was: “Emblem-Lier-Lourdes”. Nu voor de niet-ingewijden Emblem is amper enkele kilometers verwijderd van Lier. En Lier is nu 1.203 km van Lourdes verwijderd. Een goede chauffeur doet het op 10u37minuten. In de tijd van mijn grootvader waren ze enkele weken van huis. Opmerkelijk detail het gezelschap bestond uitsluitend uit mannen. Toen ze in Lourdes aankwamen veronderstel ik dat ze zich eerst grondig gewassen en geschoren hebben en hun beste kostuum hebben aangedaan. Want nadien werden er plechtige foto’s gemaakt. Maar niet meer in de krammikige autobus, wel in de meest luxueuse automobiel die er toen was. Een Minerva. Een echte luxevoiture.

Categorieën
Schoonheidsvlekken

Eva Eger, De Keuze

Hierbij enkele citaten uit bovengenoemd boek.

Als we onszelf niet toestaan om te rouwen om ons verdriet, onze wonden en teleurstellingen, zijn we ertoe verdoemd om ze telkens opnieuw te beleven;

Je kunt vrijheid vinden in het accepteren van wat er is gebeurd. Vrijheid betekent dat de moed verzamelen om de gevangenis af te breken steen voor steen. – p. 21

We verlangen naar goedkeuring, aandacht en genegenheid. We verlangen naar de vrijheid om te accepteren en onszelf echt te leren kennen ten te zijn. – p. 22

Een overlevende zijn, iemand die ‘weer opbloeit’ vereist volledige acceptatie van wat er was en wat er is. Als we onze pijn bagatelliseren of onszelf straffen omdat we ons verloren, geïsoleerd of bang voelen vanwege de uitdagingen in ons leven, hoe onbetekenend deze uitdagingen ook mogen zijn voor anderen, dan kiezen we nog steeds voor de slachtofferrol. – p. 23

Maar we kunnen er wel voor kiezen om vrij te zijn, om te ontsnappen aan het verleden, ongeacht wat ons overkomt, en om dat wat mogelijk is te accepteren. Ik nodig je uit om de keuze te maken vrij te zijn. – p. 25

Maar onthou dat niemand dat wat je in je eigen gedachten hebt van je af kan pakken. – p .53

Het is de eerste keer dat ik zie dat we een keuze hebben: aandacht besteden aan wat we zijn verloren of aandacht besteden aan wat we nog hebben. – p. 57

Dingen zijn niet belangrijk, maar schoonheid wel. Dit is een stad vol mensen die niet het vermogen zijn verloren om te fantaseren. – p. 107

Ik weet nog niet dat de angsten die je in jezelf verborgen houdt alleen maar groter worden. – p. 172