Als kind of jongeling heb ik ooit een danseres geschilderd. Mijn vader bewonderde dit werk. Mijn eerste schilderijen, op papier weliswaar, zijn ontstaan toen ik later alleen met hem was en hij inmiddels weduwnaar was geworden.









Eerst werkten de Corona lockdowns op mijn zenuwstelsel en psyche, maar na een week heb ik mij herpakt. Ik maakte twee schilderijen. Het ene is speels en heeft humor. Wanneer je het deurtje van de CD-verpakking sluit staat er Corona. Maar als je het opent lees je Cor en Ona, een woordspeling. Mijn tweede werk is meer existentieel. Het heet ‘Mijn gevecht tegen Corona’. Ik houd de boog van mijn grootvader vast en schiet een pijl naar of naast het doel. Op mijn hoofd zit gevederte van een vogel. Een vogel staat voor vrijheid.
Ik kleef stoffen op een canvas, waarna ik ze deels overschilder of later weer lostrek. Ik wil mensen raken met mijn schilderijen, zij mogen mijn schilderijen ook aanraken. Stoffen en mode hebben mijn interesse, de kleuren en de sfeer van modeshows fascineren mij. Wellicht komt het door mijn grootmoeder die ik veel heb zien werken met stoffen. Psychologen hebben waarschijnlijk nog andere verklaringen voor het onderstoppen of juist tonen van gelaagdheid. Zelf ben ik verder geen modeontwerper en kleed ik me ook niet modieus ondanks mijn fascinatie hiervoor.
Mijn schilderijen zijn in eerste instantie bedoeld als therapeutische kunst. Abstracte schilderijen vormen een eerlijke weergave van mijn emoties. De werken komen tot stand als ik mijn emoties onderken, aanvaard en zonder innerlijke weerstand expressie aan ze geef op het doek. Een buitenstaander kan denken ‘Wat een eenvoud’ of ‘Wat een reeks ongecontroleerde lijnen en vlakken, dat kan mijn kleine zusje ook’. Maar de lijnen, vormen en kleuren zijn bewuste keuzes.